Het hier beschreven thema kan worden beperkt tot een specifieke omgeving en zal zich niet voordoen bij ieder geothermisch project. Meer details over dit onderwerp worden gepresenteerd in een rapport dat terug te vinden is op de GEOENVI-website.
Geothermische ontwikkeling en werking kunnen vervorming van het grondoppervlak veroorzaken waardoor het zakt of naar boven komt, doorgaans als reactie op druk- en/of temperatuurveranderingen in het geothermische reservoir. Onttrekken van vloeistoffen uit de ondergrond kan leiden tot zowel druk- als temperatuurdaling in het geothermische reservoir, wat grondverzakkingen kan veroorzaken. Omgekeerd kan het opnieuw injecteren van geothermische vloeistoffen een drukstijging in het geothermische reservoir veroorzaken, wat resulteert in bodemopheffing. Dit laatste kan gedeeltelijk worden tegengegaan door de inkrimping van het gesteente wanneer ze afkoelen als gevolg van de temperatuurdaling. Vervorming van het grondoppervlak kan ook optreden in het geval van accidentiële injectie van vloeistof in niet-beoogd gesteentenformaties, die dan kan reageren met water (anhydriet, rotszout …).
Vervorming van het grondoppervlak die verband houdt met het gebruik van een geothermische centrale is gewoonlijk in de orde van mm/jaar tot cm/jaar en brengt over het algemeen beperkte risico's met zich mee.
De onderstaande tabel geeft een overzicht van vervorming van het grondoppervlak op het gebied van risico- en effectbeoordeling, d.w.z. de oorzaken, gevolgen, de betrokken fasen, de beïnvloedende omstandigheden of de belangrijkste beperkende en controlemaatregelen die kunnen worden genomen.